maandag 21 september 2015

Muziek brengt verlangens van mensen onder woorden


Interview met Diane Palm, septembernummer Generator, magazine voor leidinggevenden in het jongerenwerk
Uitgave HGJB




Muziek hoort bij het leven van ds. Bas van der Graaf uit Amsterdam. Een goede reden dus om hem te bevragen op de rol die muziek speelt in zijn omgang met God. Bij de start van het gesprek klinkt enige aarzeling. ‘Het zou mooi zijn als meer predikanten voor dit onderwerp te benaderen waren. Maar vooruit…’

Neem ons eens mee, welke weg heeft muziek in je eigen leven afgelegd?
‘Ik kom uit een gezin waarin muziek geen grote rol speelde. In mijn middelbareschooltijd ging de wereld van muziek voor mij open. In de tweede klas zaten een paar jongens die zich intensief met popmuziek bezig hielden. Vooral met een bepaalde soort popmuziek, de meer alternatieve stroming zoals Pink Floyd, Deep Purple en dat soort stuff. Van meet af aan raakte die muziek me. We hadden een muziekdocent die ons leerde luisteren naar alle soorten muziek; ook de popmuziek nam hij heel serieus. Op mijn eigen kamertje ging de ontdekkingstocht door. Ik weet nog goed dat ik op Hemelvaartsdag stiekem naar boven sloop, want ik had gehoord dat er een Top 100 Allertijden was. Dat was gewoon fascinerend. Ik weet als de dag van gisteren wie er in de top 3 stond.’

Maar dat luisteren ging dus wel met enige spanning gepaard…
‘Ja, want mijn ouders mochten het niet weten. Ze zaten er niet verschrikkelijk boven op, maar toch moest ik voor mijn gevoel een beetje ‘onderduiken’. Op m’n kamertje ontwikkelde ik een dubbel gehoor: ik luisterde zowel naar de speaker als naar het kraken van de trap. Dat kon ik heel goed, allebei tegelijk. Vervolgens ging ik zelf lp’s verzamelen en kreeg ik van mijn oom een bandrecorder waarmee ik muziek kon opnemen. Natuurlijk zagen mijn ouders dat het rijtje muziek begon te groeien. Vooral de muziek van Pink Floyd sprak me aan. Als puber heb je toch een beetje gevoelens van zinloosheid. Pink Floyd raakte dat gevoel aan en dat gaf herkenning. Bij een aantal vrienden zag ik dat ze via de popmuziek op zoek gingen naar de donkere kant van het leven. Bij mij heeft het nooit die kant op gewerkt.’

‘In mijn tijd werd er nog niet enorm gediscussieerd over muziek. Popmuziek hoorde gewoon niet bij een gereformeerde geloofsbeleving. Het waren twee werelden voor mij. Op het moment dat ik theologie ging studeren en predikant wilde worden, kwam de golf van complottheorieën. Er werd gewaarschuwd voor de gevaren van omdraaimuziek. Toen heb ik voor de vraag gestaan: moet ik afstand nemen van popmuziek? Ik heb nooit één lp weggegooid of doorgebroken. Ik werd wel kritischer. Ik begon te onderkennen dat muziek van Pink Floyd – in mijn geval dan – mijn geloofsbeleving ging raken. In mijn jonge jaren heb ik ook wel momenten van een geloofscrisis meegemaakt, maar daar heb ik popmuziek nooit de schuld van gegeven. Ik ging wel meer op zoek naar positieve muziek. Ik ontdekte dat er veel muziek was die me in de juiste richting bracht, waaraan ik mijn geloof kon verbinden.’

Maar nu zeg je het vrij minimalistisch: ‘waaraan ik mijn geloof kon verbinden’, maar is het niet meer dan dat? Anders gezegd: welke positieve functie heeft muziek in je geloofsbeleving?
‘Ik heb er behoefte aan dat mijn geloof de werkelijkheid onder ogen ziet. Popmuziek is één van de kunstuitingen die dat vaak heel rauw en eerlijk doen. Daarom heb ik ook nooit zoveel gehad met gospelmuziek. Die muziek is wat mij betreft te snel klaar. Ik hoor in popmuziek vaak iets van de rauwheid van de psalmen en ook van de profeten. De bittere aanklacht tegen onrecht. Diezelfde rauwheid zoek ik vaak ook in de klassieke muziek. Ik heb bijvoorbeeld heel lang meer gehouden van Gustav Mahler dan van Bach, omdat Mahler ook zo’n existentialist was. Het lijden van deze wereld peilde hij op een diepe manier.’

‘In veel popmuziek vind je de uitdrukking van een bepaald verlangen. Een paar jaar terug hadden we een kerstnachtdienst hier in onze wijk. Daarin proberen we altijd een popnummer te verwerken. Toen hebben we ‘Love somebody’ van Robbie Williams gebruikt. Dat is een soort liefdesliedje, een schreeuw om liefde. Maar als je zo’n liedje in zo’n dienst een plek geeft, dan wordt het een enorme schreeuw om liefde die het hart vervult. Dat vind ik vanuit mijn werk interessant, maar het resoneert ook heel sterk met mijn eigen zoektocht. Ik ben ook een verlangend mens. Deze muziek helpt mij dan om extra dankbaar te zijn: waar Robbie Williams om schreeuwt, vind ik in de liefde van Jezus Christus.’

Welke plek heeft muziek heel concreet in je dagelijks leven?
‘Muziek vergezelt me, op verschillende manieren en momenten. Al zijn er ook steeds meer momenten dat het stil wordt in m’n leven. In de auto neem ik bijvoorbeeld heel bewust één cd mee en dan probeer ik daar goed naar te luisteren. Ik wil me door de muziek en de woorden laten raken. Dat is natuurlijk wel de kunst bij muziek. We hebben een cultuur waarin muziek behang is geworden. Het wordt steeds moeilijker om alleen naar muziek te luisteren. Je doet er bijna altijd iets anders bij. Daarom vind ik het ook heel fijn dat de lp weer terug is. Het is gewoon heerlijk om met zo’n album in je hand te zitten en naar teksten te kijken. Dat is vergelijkbaar met het lezen van een goed boek. Zo’n moment levert me echt wat op. Ik ben een mens die vaak ‘in z’n hoofd zit’. Woorden en gedachten zijn belangrijk voor mij. Muziek boort via woorden en gedachten een andere laag aan. Het opent je hart.’

Je noemde net dat muziek vaak als behang wordt gebruikt. Gaan jongeren van nu op een andere manier om met muziek dan jij?
‘In mijn tijd keken we heel erg uit naar een bepaald album; je volgde de artiesten echt. Maar in die oceaan van muziek die we via Spotify kunnen downloaden, weet ik niet meer zo goed hoe dat werkt. Zonder als een oude man te willen praten: we lopen het risico dat we verdrinken in de overvloed van informatie die tot ons komt. Ik vind het wel belangrijk – en dat geldt voor alle informatie - dat we ons een beetje blijven oefenen in kiezen en echt aandacht geven aan dingen. Ik vind dat zelf al heel erg lastig, dus hoe is dat voor jongeren?

Hoe geef jij muziek een plek in de ontmoetingen die je met jongeren hebt?
‘Ik probeer het altijd in te brengen; als het even kan een liedje te laten horen. Muziek illustreert wat je op een andere manier bijna niet kunt zeggen. Je brengt iets van buiten naar binnen. Iets wat diep in de cultuur zit. Daardoor ga je sterker de verbinding tussen buiten en binnen maken. Het bevestigt mensen ook in de overtuiging dat wat in het christelijk geloof gaande is, geen onzin is. Liedjes kunnen deuren zijn waardoor mensen binnenstappen. Heel veel muziek in onze tijd brengt de verlangens van mensen onder woorden. Daar sluit het evangelie op aan.’

Maar hoe breng je dit over op mensen die niks met de vorm van muziek hebben of tegen de verpakking aanlopen?
‘Ik ben natuurlijk de laatste die iemand iets wil opleggen. Als mensen genoeg hebben aan ander vormen of alleen aan christelijke muziek, is dat helemaal oké. Misschien nog wel beter, ik weet het ook niet. Maar ik ben ervan overtuigd – ook in mijn bediening als predikant in de stad – dat popmuziek zo’n deel uitmaakt van de hele leefwereld en taal van mensen, dat het één van de communicatiemiddelen voor het evangelie is. Het boort een diepe laag in ons mens-zijn aan. Ik kan me gewoon niet voorstellen dat ik zonder zou kunnen. In mijn denken over hoe we als kerk present zijn in de samenleving en aansluiting kunnen vinden bij mensen, is muziek voor mij bijna vanzelfsprekend.’

‘Er zijn twee modellen om naar popmuziek te kijken. Het ene model is het zwart-wit schema: het is van God of van de duivel. Dat model wordt het vaakst gebruikt. Maar er is ook een ander model mogelijk: het model van de algemene genade. In de film Amadeus stelt de vrome Salieri de vraag hoe het kan dat die losbol van een Mozart zulke hemelse muziek maakt. Mijn antwoord zou zijn: dat heeft met algemene genade te maken. Ik ben ervan overtuigd dat  – met alle spanning die je in de wereld van popmuziek kunt vinden – muzikanten mogelijkheden aan het licht hebben gebracht die in de schepping zitten. Maar dat geldt niet alleen voor popmuziek, dat geldt voor het hele leven. In de kern zit dat in de theologie van Calvijn. Hij was altijd op zoek naar de vonken van God, ook in de heidense cultuur. Abraham Kuyper heeft dat natuurlijk verder uitgewerkt en mensen als Tim Keller in New York hebben dat ook gebruikt om in gesprek te zijn met de cultuur van vandaag. Volgens mij is dat nog steeds een heel vruchtbaar uitgangspunt.’

‘Dus ik ben kritisch op popmuziek; er zijn donkere kanten, er is muziek waar je beter helemaal niets mee te maken kunt hebben. Maar er is ook veel muziek die ik vanuit de algemene genade positief kan waarderen. En misschien heeft die muziek ook wel een functie gehad in de manier waarop God deze wereld leidt. Zo groot zou ik het ook nog wel durven zeggen. Maar nogmaals: we hebben misschien allemaal onze eigen roeping. Dit is waar ik me toe geroepen voel.’

Welk pleidooi voer je voor het gebruik van muziek in het jeugdwerk?
‘Laten we in ieder geval zuinig zijn op jongeren die muziek serieus nemen. Al die jaren dat ik iets heb geroepen over popmuziek, heb ik hen op het oog gehad. Ik wil hen laten ervaren dat hun liefde voor popmuziek niet alleen maar problematisch is. Dus kijk goed om je heen als je een groep jongeren voor je hebt en erken dat er grote verschillen zijn. Ik moet denken aan die zanger uit Zeeland, broeder Dieleman, een jongen die in de vrijgemaakte kerk is opgegroeid. Toen hij op zijn club zijn gave en liefde voor muziek ging delen, werd hij geconfronteerd met argwaan. Voor hem was dat een reden om de kerk te verlaten en zijn oprechte zoektocht buiten de kerk voort te zetten. Zo’n voorbeeld moet ons stimuleren om zuinig te zijn op de creativiteit die jongeren hebben. Ik zou zeggen: zoek naar een gebalanceerde visie en laat je niet verleiden door allerlei zwart-wit schema’s waarmee we jongeren in een mal duwen. Theologisch hebben we daar ook geen reden voor.’

‘Het lijkt me ook goed om jongeren met het oog op onze missionaire roeping gevoelig te laten zijn voor de cultuur waarin we leven. Wat is de taal waarmee we mensen kunnen bereiken en waarin we iets kunnen vertellen over het evangelie? Daar kan muziek geweldig bij helpen. Niet alleen muziek trouwens, maar ja, dat heb ik al gezegd.’

I





Geen opmerkingen:

Een reactie posten